Definitie
De doorvaartbreedte van bijv. een brug in de IENC , is de beschikbare breedte voor veilige navigatie. Dit kan al dan niet hetzelfde zijn als de totale fysieke breedte van de doorvaart opening.
Toelichting
Het is belangrijk om bij de bepaling van doorvaartbreedte rekening te houden met het bevaarbare deel onder de ( soms licht gebogen en of schuin aflopende ) overspanning. De begrenzing van de doorvaartbreedt kan met speciale brugmarkering zijn aangegeven, maar ook kan onder de overspanning de vaargeulbreedte zijn gemarkeerd. Deze begrenzingen worden meegenomen bij brugmetingen en zijn terug te vinden in de meetrapporten.
De Richtlijn Vaarwegen 2017 geeft bij een krap profiel ook een beschrijving van het bevaarbaar gedeelte bij een vaste brug. (paragraaf 5.4)
Zichtbaarheid en extra informatie over het profiel van de brug kan worden verkregen door gebruik te maken van het picture attribuut: PICREP